Op 1 juli 2021 treedt de Wet bestuur en toezicht rechtspersonen (WTBR) in werking. Na nieuwe corporate governance-regels voor de besloten vennootschap (bv) en naamloze vennootschap (nv), introduceert de WBTR nu ook voor overige rechtspersonen regels op het gebied van bestuur en toezicht op bestuur. Zo worden de regels voor alle rechtsvormen gelijkgetrokken.
Rogier Kersten, Directeur ABAB Legal
Toezichthoudende organen zijn binnen stichtingen en verenigingen niet vreemd. Toch is er nog geen wettelijke grondslag voor een toezichthoudend orgaan. Deze bestaat enkel voor de bv, nv, coöperatie en onderlinge werkmaatschappijen. De WBTR biedt een wettelijke basis voor een toezichthoudend orgaan. Net als bij de bv en de nv wordt het mogelijk om te kiezen voor een zogenaamd dualistisch of monistisch bestuursmodel. Dit is een bestuursmodel dat bestaat uit een bestuur en een raad van commissarissen of een bestuur bestaande uit uitvoerende en toezichthoudende bestuurders. Het is belangrijk om uw huidige regeling te (laten) toetsen aan de nieuwe wet. Zo kunt u bepalen hoe de huidige organen zich kwalificeren. Vanaf de invoering van de WTBR moeten bestuurders en commissarissen van stichtingen en verenigingen zich richten op het belang van de onderneming en/of organisatie van de rechtspersoon. Toch kan deze kwalificatie een rol spelen bij een onverhoopte discussie over onbehoorlijk bestuur of toezicht.
Er ontstaat voor andere rechtspersonen dan de bv en nv een verplichte statutaire belet- en ontstentenisregeling. Is het volledige bestuur of raad van commissarissen tijdelijk afwezig of vacant? Dan moeten de statuten een regeling bevatten voor het vervangen van deze organen. Voor de bv en nv geldt dan dat de statuten een regeling moet bevatten om te voorzien in belet of ontstentenis van alle bestuurders of commissarissen en niet langer van een of meer bestuurders. Die laatste regeling wordt nu optioneel.
Voor u is het belangrijk om te laten toetsen of de statuten van uw bv of nv uit de huidige statutaire regeling aansluiten bij de regeling uit de WTBR. Het overgangsrecht, zoals dat voor de overige rechtspersonen geldt, geldt niet voor de bv en nv. Dit betekent dat de statuten van uw bv of nv na invoering van de WTBR mogelijk niet meer aan de wettelijke eisen voldoen.
De vereniging, coöperatie of onderlinge waarborgmaatschappij kennen een tegenstrijdig belang-regeling. Met de komst van de WTBR geldt de tegenstrijdig belang-regeling nu ook voor alle overige rechtspersonen. In het kort: een bestuurder die een belang heeft dat conflicteert met dat van de rechtspersoon, is niet bevoegd om deel te nemen aan de besluitvorming en beraadslaging. Hebben alle bestuurders een tegenstrijdig belang? Dan mag de raad van commissarissen het besluit nemen. Is er geen raad van commissarissen of hebben ook alle commissarissen een tegenstrijdig belang? Dan is de algemene (leden)vergadering bevoegd. Wordt deze regeling niet in acht genomen? Dan is een besluit vernietigbaar. Voor de stichting wijkt de regeling af. De stichting kent geen orgaan als een algemene (leden)vergadering. Heeft zij ook geen raad van commissarissen? Dan mag het besluit toch worden genomen door het bestuur. Echter, de overwegingen die aan het besluit ten grondslag liggen, moeten wel schriftelijk worden vastgelegd. Voor alle rechtspersonen geldt: kennen uw statuten nog de oude regeling, te weten dat er in het geval van een tegenstrijdig belang niet vertegenwoordigd mag worden? Dan is een statutenwijziging niet noodzakelijk, maar wel wenselijk. De oude regeling wordt dan voor niet geschreven gehouden.
Voor alle verenigingen en stichtingen gaat de wettelijke regeling bestuurdersaansprakelijkheid gelden. En niet enkel voor de stichtingen of verenigingen die aan de heffing van vennootschapsbelasting zijn onderworpen. Wordt niet voldaan aan de administratieplicht of wordt een jaarrekening, indien verplicht, niet tijdig gepubliceerd? Dan geldt op grond van de WTBR, net als bij de bv en nv voor stichtingen en verenigingen die vennootschapsbelastingplichtig zijn of op grond van de wet een financiële verantwoording moeten opstellen, dat een kennelijk onbehoorlijk bestuur of toezicht op dat bestuur weerlegbaar vaststaat in geval van faillissement.
Naast bovengenoemde wijzigingen kent de WTBR nog meer wijzigingen die mogelijk voor u van belang zijn. De wet brengt een verzwaring van de functie van bestuurder of commissaris met zich mee, met name voor stichtingen en verenigingen. Daarnaast is de invoering van de WTBR een goed moment om uw statuten weer eens kritisch tegen het licht te houden. Laat u in aanloop naar de invoering van deze nieuwe wetgeving tijdig en goed adviseren.
Voor de inhoud en organisatie van onze Academy bijeenkomsten, masterclasses en communities voor ondernemers en bij de uitvoering van bepaalde dossiers werken we samen met vaste partners. Door deze samenwerking kunnen we gebruikmaken van de kennis, ervaring en faciliteiten van deze bedrijven.