Op 13 december j.l. namen we de gelegenheid de Provinciale Staten van Brabant toe te spreken over het uitblijven van kordaat stikstofbeleid. Kijk hier het hele fragment terug vanaf minuut 6:32, of lees hieronder de integrale tekst.
Ik voer hier het woord namens het Brabants bedrijfsleven, verenigd in VNO-NCW Brabant Zeeland. Deze vereniging behartigt de belangen van industrie, handel, logistiek en dienstverlening, maar vandaag zijn vooral de bouw en industrie relevant. Mijn pleidooi hier vandaag: laat de verstikkende werking van 0,00 mol varen, hanteer in afwachting van definitief beleid een drempelwaarde van 0,05 mol per hectare en herstart de vergunningverlening voor nieuwe bouwprojecten VANDAAG nog. Anders brengt u de economie ernstige schade toe.
Inmiddels is algemeen bekend dat bouw en industrie slechts in geringe mate aan de depositie van stikstof in Brabant bijdragen: het gaat om zo’n 3% volgens het RIVM. In het verleden was dat veel meer, maar vooral de industrie heeft kans gezien de hoeveelheid vrijkomende stikstof flink te reduceren: globaal is de uitstoot sinds 1990 met ongeveer twee derde afgenomen. Deze daling zet bovendien door, met zo’n 2% per jaar Het gaat daarbij om de uitstoot van NOx, en niet van ammoniak, de twee bronnen van stikstof. NOx slaat binnen 1000 km neer, ammoniak doet dat gemiddeld veel minder ver.
Niettemin stellen we vast dat de natuur nog steeds lijdt onder een teveel aan stikstof uitstoot. Er moet meer gebeuren, en dat zien we ook terug in de Brabantse Aanpak Stikstof, door ons mede ondertekend: die extra inspanningen gelden voor iedereen. Het is echter van het grootste belang, ik herhaal van het grootste belang, dat de vergunningverlening niet alleen wordt opgepakt, maar ook groen licht krijgt in het geval van niet significante uitstoot, of in het geval van tijdelijk geringe uitstoot. Nu wordt er geen vergunning verleend wanneer er meer dan 0.00 mol per hectare vrijkomt. Veel te veel vergunningaanvragen liggen daardoor stil, of komen nog stil te liggen. Daarmee komen er veel ontwikkelingen tot stilstand. Bedenk daarbij dat de industrie al veel heeft gedaan aan verbetering van de luchtkwaliteit: laaghangend fruit, ofwel gemakkelijke oplossingen, zijn er niet veel meer. Ik veroorloof me een extreme vergelijking: de kritische depositiewaarde ligt 40% onder de huidige depositiewaarde. Gaan we onze economie met 40% reduceren, of gaan we onze economie 40% schoner maken? Natuurlijk het laatste. Maar dan moeten we onze economie ook in staat stellen zich in die richting te ontwikkelen.
Dat betekent dus dat er geïnvesteerd moet kunnen worden in een nieuwe economie. En als we die koppelen aan de klimaatdoelstelling, vangen we twee vliegen in één klap: minder CO2 en minder NOx. Maar dat gaat niet wanneer we bij elk bouw- of ontwikkeltraject vasthouden aan die 0.00. Dan kan er niets. Zo ligt er minstens anderhalf miljard aan investeringen in Brabant op de plank, onder invloed wat ik maar noem de stikstofimpasse. Wat stokt er: Investeringen in biogas, in circulaire bedrijven, duurzame gebouwen, in schoolgebouwen. Maar: ook een ziekenhuis zou nu niet kunnen uitbreiden, zo ver gaat het huidige beleid. Enkele investeerders hebben hun weg naar het buitenland al gevonden. Weg level playing field, en evengoed stikstof in onze atmosfeer, want die trekt zich echt niets van landsgrenzen aan. Daarom herhaal ik mijn pleidooi: laat de verstikkende werking van 0,00 mol varen, hanteer in afwachting van definitief beleid een drempelwaarde van 0,05 mol per hectare en herstart de vergunningverlening voor nieuwe bouwprojecten VANDAAG nog. Anders brengt u de economie ernstige schade toe.
Jan van Mourik
Manager belangenbehartiging VNO-NCW Brabant Zeeland