De afspraak met Bart Stallen (39) vindt plaats in het kantoor op Strijp-S. Het gebouw waarin zijn maintenance support organisatie is gehuisvest, was vroeger het Philips ontwikkellaboratorium van de DVD en Blu-ray. Sinds drie jaar detacheren zij vakmensen zoals onderhouds- en storingsmonteurs, werkvoorbereiders en engineers in de proces- en maakindustrie. ‘Wij zijn een snel groeiende start-up plus organisatie, maar vinden aandacht voor mensen belangrijker dan Excel-sheets met kpi’s en winstcijfers. We verdiepen ons nadrukkelijk in de medewerker, zijn talenten en persoonlijk verhaal. Van daaruit kijken wij hoe we de beste match kunnen maken tussen zijn capaciteiten en onze vacatures of projecten. Dat levert kwalitatievere verbindingen op.’ Tijdens het koffiemoment met het Eindhovenaartje ontvouwt Bart zijn visie op tal van onderwerpen. Over het denken in “vast en flex”, over het imago van arbeidsbemiddelaars en het belang van empathisch vermogen bij leidinggevenden. ‘Verdiep je in je medewerkers en toon oprechte interesse. Reden nummer één voor mensen om bedrijven te verlaten is het feit dat ze geen klik hebben met hun leidinggevende of met het management, dat vaak keuzes maakt zonder zich in te leven in de mensen van wie ze het juist moeten hebben.’
Foto’s: Joris Buijs Fotografie ©
‘Verdiep je in je medewerkers en toon oprechte interesse. Reden nummer één voor mensen om bedrijven te verlaten is het feit dat ze geen klik hebben met hun leidinggevende of met het management, dat vaak keuzes maakt zonder zich in te leven in de mensen van wie ze het juist moeten hebben.’
Cafetariamodel
‘De arbeidsmarkt ontwikkelt zich snel’, opent Bart. Hij schetst de kenmerken van de nieuwe generatie Z. ‘De 20’ers kiezen bewust voor balans in hun leven. Werken is niet meer prioriteit nummer één en zij vinden zelfontplooiing belangrijker dan het bedrijf waarvoor ze werken.’ Bart heeft alle generaties in huis en is zich bewust van een individuele aanpak van medewerkers. ‘Ik noem het een cafetariamodel. Een medewerker kiest bijvoorbeeld zelf een deel van zijn secundaire arbeidsvoorwaarden. En met één bedrijfsborrel per jaar voor alle medewerkers red je het als werkgever ook niet meer. Als werkgever moet je je bewust zijn van dit soort niet-dringende, belangrijke zaken’, licht Bart toe.
Ook bespeurt Bart de trend dat afgestudeerde HBO’ers een functie achter een bureau verwachten. Mede daarom heeft Maintenance Heroes naast Nederlanders ook technici uit andere EU-landen in dienst. ‘Zij beseffen beter het belang om eerst technische vaardigheden op te doen aan machines en hier enige tijd van toegevoegde waarde te zijn. Zo kun je beter leiding geven. Je kunt je dan later veel beter in medewerkers verplaatsen, is mijn overtuiging. Wie heeft niet bij Van der Valk eerst luik gelopen’, zegt Bart met een glimlach.
Kwalitatieve flexibiliteit
‘Het denken in vast of flexwerk, is oud denken. Organisaties hebben kwalitatieve flexibiliteit nodig’, stelt Bart gedecideerd. Het bedrijf wil over een professional kunnen beschikken. De aard van het contract is onderschikt. Een verdeling van 60% vast en 40% flex, is geen uitzondering meer. Neem bijvoorbeeld ASML, dat bewust voor een dergelijke mix kiest. Dan kun je de schokken van de conjunctuur opvangen en beter inspelen op vraag en aanbod.’ Bart schat in dat op dit moment 50% van de technische vacatures door een arbeidsbemiddelaar wordt ingevuld. ‘Wij zijn steeds meer het verlengde van de HR-afdeling van bedrijven. Instroom is onze business en de HR-afdeling zorgt voor de doorstroom.’ Bart ervaart dat er soms een smet zit op arbeidsbemiddelaars, door slechte omgang met Oost-Europese uitzendkrachten of tè commercieel gedrag van sommige bureaus. ‘Het tegendeel is het geval: de meeste arbeidsbemiddelaars stellen kwalitatieve dienstverlening centraal. Het werkgeverschap hebben zij zelfs vaak beter op orde, omdat het ons vak is. Wij bieden zekerheden, opleiding, coaching, afwisseling, een pensioenregeling en een bedrijfsauto.’
‘Wij zijn steeds meer het verlengde van de HR-afdeling van bedrijven. Instroom is onze business en de HR-afdeling zorgt voor de doorstroom.’
Techniek weer “gaaf” maken
Als afsluiting van het gesprek houdt Bart een pleidooi voor werken in de techniek. ‘Techniek is zo lang onderbelicht gebleven, terwijl Zuidoost-Brabant een van de meest innovatieve regio’s is in de wereld. We moeten techniek weer “gaaf” maken en iedere drempel om een opleiding te kunnen volgen wegnemen. Ook financiële drempels. Maak de opleiding breder, scholen kunnen de snel veranderende techniek alleen niet bijbenen. School een leerling in de praktijk door toepassing van het meester-gezel principe. Techniek is in essentie een praktijkvak. Er is een betere kruisbestuiving nodig tussen bedrijven, scholen en arbeidsbemiddelaars.’
Bij mijn vertrek wijst Bart mij op de Philips fabrieken en de aangrenzende woningen van de toenmalige medewerkers. ‘Philips was zijn tijd ver vooruit. In het begin van de vorige eeuw waren zij al bezig met community-building. Philips was veel meer dan een werkgever. Zij zorgden voor welzijn en welvaart. Dat spreekt mij zo aan en daarom is het goed dat wij op Strijp-S gevestigd zijn .’
Krachtvoer Bart Stallen:
- Focus tijdens het gesprek met een potentiële medewerker niet op functies, maar op zijn talenten en de toekomstige rollen die hij kan vervullen in het bedrijf.
- Een mix van vast en flexibel geeft de mogelijkheid voor bedrijven om beter op de golven van de conjunctuur te ondernemen.
- Bundel krachten tussen scholen, bedrijven en arbeidsbemiddelaars en maak het werken in de techniek weer “gaaf” en neem zo nodig financiële drempels weg.
In de tweede serie Krachtvoer voor ondernemers gaat Ton Gimbrère in gesprek over de Brabantse arbeidsmarkt met bijzondere ondernemers en bedrijven en schrijft daarover wekelijks een blog. Dat gebeurt aan de hand van persoonlijke ervaringen van ondernemers. Bij ieder gesprek neemt hij iets lekkers mee voor bij de koffie. Hij trakteert op dé lokale specialiteit uit de stad van de ondernemer. Ton is zelf ondernemer in hart en nieren, voormalig directeur van Bonheur Horeca Groep in Tilburg, winnaar ‘Brabants Werkgever met een Maatschappelijk Hart 2014’ en ambassadeur Innovatief Werkgeverschap.
Bekijk hier de online publicatie met de eerste 25 Krachtvoerverhalen.
Het Eindhovenaartje van Houwens Vlaai, Stationsweg 52, Eindhoven
Houwens Vlaai & Zo is al ruim 50 jaar het adres voor ambachtelijk bereide Limburgse vlaaien. Daarnaast hebben ze een uitgebreid assortiment gebak. Het Eindhovenaartje is een heerlijk klein gebakje van hazelnootschuimplakjes gevuld met mokkacrème. Advies: Eet deze lekkernij op kamertemperatuur!
