In verband met de coronacrisis is de werkkostenregeling met terugwerkende kracht in 2020 verruimd. Heeft u toch een overschrijding van de vrije ruimte, dan mag de loonbelasting hierover in 2021 later dan voorheen worden afgedragen. Daarnaast komt er een verruiming voor studiekosten aan ex-werknemers en een minimale verlaging van de vrije ruimte.
Als onderdeel van de belastingmaatregelen om werkgevers in de coronacrisis tegemoet te komen, is de vrije ruimte in 2020 eenmalig en tijdelijk verhoogd naar 3% over de eerste € 400.000 van uw fiscale loonsom. Over het deel van uw loonsom boven € 400.000 geldt 1,2%. Voor werkgevers met een loonsom van € 400.000 betekent dit dat er in 2020 een belastingvrij budget van maximaal € 12.000 beschikbaar is om aan werknemers te besteden.
In de werkkostenregeling kunt u uw werknemer de kosten voor een opleiding met het oog op het verwerven van inkomen onbelast vergoeden. Een onbelaste studiekostenvergoeding aan een ex-werknemer is op dit moment vaak niet mogelijk. Dat past niet in het huidige regeringsbeleid dat de ontwikkeling van werknemers gedurende de hele loopbaan wil stimuleren.
Vanaf 1 januari 2021 kunt u daarom ook aan ex-werknemers een onbelaste vergoeding geven voor een opleiding die zij na uitdiensttreding volgen. Denk hierbij aan vergoedingen voor scholingskosten als onderdeel van een sociaal plan. Daarnaast kan een nog niet aangewend individueel leerbudget voortaan, ook na einde van de dienstbetrekking, worden gebruikt voor een studie.
Werkgevers die in 2020 meer hebben besteed dan de vrije ruimte moeten na afloop van het jaar 80% eindheffing betalen. Met ingang van 1 januari 2020 mag de eindheffing later worden aangegeven dan voorheen, namelijk over het tweede tijdvak (voorheen was dit over het eerste tijdvak). Dat betekent dat u, als u maandaangifte doet, de WKR eindheffing pas in maart 2021 moet betalen.
Voor het jaar 2021 gaan de percentages niet helemaal terug naar het oude niveau. Vanaf 1 januari 2021 bedraagt de vrije ruimte 1,7% van de eerste € 400.000 van uw loonsom en 1,18% (in plaats van 1,2%) over het meerdere. De verlaging is nodig ter financiering van de verruiming van de studiekostenvergoeding.
Met dank aan Ronald van Leeuwen, Senior belastingadviseur bij onze kennispartner ABAB Accountant en Adviseurs, voor het schrijven van dit artikel