De afgelopen tijd leek de discussie over de invoering van zero-emissiezones leek opnieuw te beginnen. In het regeerprogramma schreef het kabinet-Schoof te willen onderzoeken of de invoering van deze zero-emissiezones voor stadslogistiek zones kon worden uitgesteld. Recent ontstond opnieuw discussie naar aanleiding van berichtgeving van o.a. de NOS.
Hoe zijn de zero-emissiezones tot stand gekomen en wat staat het bedrijfsleven in onze regio te wachten? Wij zetten de feiten voor je onder elkaar.
In 2014 sloten bedrijven, overheden en kennisinstellingen de Green Deal Zero Emission Stadslogistiek (ZES). Het doel van dit convenant was schone lucht in de binnensteden en uniforme regels. Het uiteindelijke doel is om vanaf 1 januari 2025 gefaseerd 30 tot 40 zero-emissiezones voor stadslogistiek in te voeren.
Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de invoering van de zero-emissiezones. De Rijksverheid kan niet besluiten over het wel of niet door laten gaan van de zones. Dit staat ook omschreven in het regeerprogramma.
VNO-NCW Brabant Zeeland onderschrijft het belang van schonere (stads)logistiek en de verbetering van luchtkwaliteit in binnensteden. Veel ondernemers uit onze regio hebben zich de afgelopen jaren voorbereid op de invoering van de zones. Het bedrijfsleven heeft veel geld geïnvesteerd in de aanschaf van elektrische voertuigen en de aanleg van laadinfrastructuur. Veel bedrijven komen in de problemen wanneer de invoering van de zero-emissiezones wordt uitgesteld. Geen afstel dus, al hechten we wel aan praktische regels. Gerechtvaardigde uitzonderingen moeten mogelijk zijn, zoals voor ondernemers die er over een tijde mee stoppen.
VNO-NCW Brabant Zeeland is kritisch op het proces en de communicatie over de invoering van zero-emissiezones. Daarbij zijn onze belangrijkste aandachtspunten:
Netcongestie vormt het grootste obstakel op weg naar elektrificatie van het bedrijfswagenpark. Wanneer een stad zero-emissiezones instelt, komen er meer elektrische voertuigen op de weg. Dit betekent een grotere vraag naar elektriciteit en oplaadpunten om deze voertuigen de weg op te laten gaan. Veel ondernemers krijgen noch op hun eigen terrein noch via de openbare laadinfrastructuur voldoende ruimte en energie om aan de elektriciteitsbehoefte te voldoen. Daar moet rekening mee worden gehouden.
Hier vind je een overzicht van onze inspanningen rondom netcongestie >>
VNO-NCW Brabant Zeeland heeft zich de afgelopen jaren ingespannen om de invoering van de zones realistisch en haalbaar te maken voor het bedrijfsleven. Mede dankzij onze inspanningen is de gedoogregeling C-rijbewijzen verlengd, en in Tilburg besloot de gemeente om de omvang van de zero-emissiezones aan te passen, mede naar aanleiding van een goed gesprek tussen de gemeente Tilburg, VNO-NCW Brabant Zeeland en het BORT.
Je leest hier meer over deze succesvolle lobby.
In de provincie Noord-Brabant voeren Tilburg en Eindhoven een zero-emissiezone voor stadslogistiek in vanaf 1 januari 2025. De gemeente ’s-Hertogenbosch volgt vanaf 1 maart 2025. De gemeente Breda bereidt momenteel de invoering voor en heeft nog geen definitieve datum.
De zero-emissiezones worden niet ineens ingevoerd. Dat gebeurt gefaseerd. Op die manier hebben ondernemers meer tijd om hun wagenpark aan te passen en aan de eisen van de zero-emissiezones te voldoen. De geldende toegangsregels en overgangsregelingen vind je in dit overzicht.
Er gelden dus vrijstellingen en ontheffingen voor ondernemers om de invoering van zero-emissiezones realistisch en haalbaar te maken. Zo kunnen ondernemers een ontheffing krijgen als zij vanwege bedrijfseconomische omstandigheden niet kunnen voldoen aan de voorwaarden of wanneer de voertuigen niet leverbaar zijn of een lange levertijd hebben. Wat VNO-NCW Brabant Zeeland betreft dient netcongestie ook een reden te zijn om een ontheffing te krijgen. Verschillende gemeenten hebben inmiddels aangegeven netcongestie ook op te gaan nemen als grond voor het verkrijgen van een ontheffing. Ontheffingen vragen ondernemers aan via het RDW. VNO-NCW Brabant Zeeland roept de overheid op om ruimhartig om te gaan met het vertrekken van vrijstellingen en ontheffingen.
VNO-NCW Brabant Zeeland: Paul Teeuwen, belangenbehartiger infrastructuur en ruimte, via teeuwen@vnoncwbrabantzeeland.nl, 06-45829447.